Alle potentiële geneesmiddelen kunnen bijwerkingen veroorzaken.
Omdat het middel in dit onderzoek voor het eerst door de mens wordt gebruikt, zijn er op dit moment nog geen bijwerkingen bij mensen bekend. Het middel is wel uitgebreid onderzocht in het laboratorium en bij dieren. Op basis van de manier waarop dit middel werkt, kunnen de volgende bijwerkingen voorkomen:
- Infecties van de huid die medisch ingrijpen vereisen, zoals het gebruik van een antibioticum of antischimmelmiddel.
- Infectie van het centrale zenuwstelsel, zoals:
- Meningitis is een infectie die gepaard gaat met een ontsteking van de vloeistof en vliezen die de hersenen en het ruggenmerg bedekken.
- Encefalitis, een ontstekingsreactie in de hersenen die kan worden veroorzaakt door infectie met een virus of bacterie.
- Tijdelijke verandering in stemming, geheugen en leervermogen.
- Allergische reactie.
Je dient er rekening mee te houden dat er nog onbekende bijwerkingen kunnen optreden tijdens het onderzoek. Naast onbekende bijwerkingen bestaat er een (kleine) kans dat er een allergische reactie ontstaat. Dit kan worden veroorzaakt door het middel of de hulpstoffen. Tijdens het onderzoek sta je onder strenge medische controle. De artsen en onderzoekers van ICON zijn altijd goed geïnformeerd over het middel wat onderzocht wordt. Met deze kennis kunnen zij goed inschatten wat de effecten en bijwerkingen zijn.
Als onderdeel van groep 4, 5 of 6 onderga je een lumbaalpunctie (LP). De procedure zal worden uitgevoerd door getraind medisch personeel met behulp van een techniek die de risico’s minimaliseert en je zal nauwlettend in de gaten worden gehouden. Voorafgaand aan de CSF-afname ondergaat u testen om te controleren of het veilig is om de CSF-afname uit te voeren (bijvoorbeeld bloedonderzoek en neurologisch onderzoek).
De lumbaalpunctieprocedure kan pijn, misselijkheid, hoofdpijn, ongemak, blauwe plekken, stijfheid, bloedingen en, zelden, een infectie veroorzaken. Af en toe kan tijdens het inbrengen van de naald een spinale zenuw worden aangeraakt, waardoor de pijn zich verspreidt naar de bil of het been. Dit duurt meestal maar kort. Zelden kunnen proefpersonen een bloeding in het wervelkanaal of zenuwbeschadiging van het wervelkanaal ervaren. Hoofdpijn na lumbaalpunctie kan gepaard gaan met duizeligheid, misselijkheid en oorsuizen (tinnitus). Als je hoofdpijn krijgt, wordt je aangeraden om in een comfortabele houding te gaan liggen. In de meeste gevallen kan hoofdpijn worden verlicht met bedrust, voldoende water drinken en indien nodig eenvoudige pijnstillers. De meeste hoofdpijn duurt enkele uren tot twee dagen; in uiterst zeldzame gevallen is hoofdpijn gemeld die een hele week aanhoudt. Als de hoofdpijn niet weggaat kan een tweede procedure, een bloedpleister genaamd, nodig zijn om deze te behandelen. Dit houdt in dat er een bloedmonster van je wordt genomen welke in je rug wordt injecteert.